Behandeling darmkanker

Het type operatie voor darmkanker zal afhangen van deze factoren:

  • Waar in de buik bevindt de darmkanker zich?
  • Hoe groot is de kanker?
  • Welk type kanker betreft het?
  • Tot waar heeft de kanker zich verspreid?

Verwijdering van kleine tumoren

Bij een kleine tumor kan uw chirurg de kanker gewoon verwijderen van het slijmvlies. Deze operatie wordt een lokale resectie genoemd. De chirurg zal ook een marge van gezond weefsel rond de kanker verwijderen; dit is om zeker te zijn dat er geen kankercellen achterblijven.

De chirurg stuurt het verwijderde weefsel naar het laboratorium. Een patholoog bekijkt de cellen vervolgens onder een microscoop. Daaruit kan hij opmaken hoe uitgebreid de kanker is. Als de cellen er erg abnormaal uitzien, kan de chirurg een tweede, grotere operatie voorstellen. Bij deze operatie zal meer risicovol weefsel worden verwijderd om de kans op herval te verkleinen.

Colectomie bij dikke darmkanker

Een colectomie is een verwijdering van een deel van de dikke darm. De chirurg verwijdert het deel van de dikke darm met de tumor. De lymfeklieren die naast de darmen liggen worden ook verwijderd in het geval dat de kankercellen zich tot daar hebben verspreid. Als de linkerzijde van de dikke darm wordt verwijderd, spreekt men van een linker hemicolectomie. Als het middendeel wordt verwijderd is er sprake van een dwarse colectomie. Bij de rechterzijde noemt men dit een rechter hemicolectomie. Als het sigmoïd (het laatste deel van de dikke darm) wordt verwijderd, spreekt men van een sigmoïd colectomie of anterior resectie.

Na de verwijdering van het deel met de tumor worden de uiteinden van de darm terug aan elkaar gehecht. Dit noemen we een anastomose.

Soms heeft de patiënt een colostoma nodig. Dit is een chirurgische procedure waarbij het uiteinde van de dikke darm via een opening in de buik naar buiten wordt gebracht. De ontlasting verlaat via deze kunstmatige uitgang (stoma) het lichaam. Als de dunne darm naar buiten gebracht spreken we van een ileostoma. Meestal worden de darmuiteinden na enkele maanden weer aan elkaar gehecht en de stoma opgeheven.

Als de volledige dikke darm wordt verwijderd spreken we van een totale colectomie. Er wordt dan een permanent stoma gemaakt.

TEM bij rectumkanker

Voor een chirurgische procedure is het mogelijk dat de patiënt radiotherapie (of radio- en chemotherapie) krijgt om de kanker te doen afnemen. Zo wordt de ingreep makkelijker en is er minder kans op herval.

Een kleine kanker in een vroeg stadium kan eventueel worden verwijderd via een lokale resectie. Er wordt dan een endoscoop (een flexibele buis met een lichtje) door de anus naar binnen gebracht, waarna de kanker van de wand van het rectum wordt verwijderd. Deze operatie noemen we een transanale endoscopische microchirurgie (TEM).

Totale mesorectale excisie voor rectumkanker

Bij de meeste operaties voor rectumkanker verwijdert de chirurg de kanker met een deel kankervrij rectumweefsel eromheen.

Er wordt ook vetweefsel rond de darmen (mesorectum) verwijderd. Dat vetweefsel bevat alle bloedvaten die het rectum en de lymfeklieren van voedingstoffen en rode bloedcellen voorzien, alsook de lymfeklieren die het weefselvocht wegvoeren. Door de aanwezigheid van de lymfeklieren kunnen kleine groepen kankercellen zich in het mesorectum verspreiden. Door een deel van het mesorectum te verwijderen, neemt de chirurg waarschijnlijk alle lymfeklieren die kankercellen bevatten weg.

Het mesorectum en een deel van het weefsel rond de kanker volledig verwijderen verlaagt de kans op remissie. Dit type van operatie noemt men een totale mesorectale excisie (TME). De operatie verschilt naargelang de locatie en grootte van de kanker:

Anterior resectie

Als de kanker zich hoog in het rectum bevindt, zal uw chirurg het bovenste deel van het rectum (met de tumor) en het sigmoïd verwijderen. Dit noemt men een anterior resectie. De kanker wordt samen met een marge van gezond weefsel weggenomen, waarna het einde van de dikke darm wordt verbonden met het overblijvend deel van het rectum. Meestal wordt het mesorectum tot 5 centimeter onder de tumor verwijderd. Om de kans op lekkage na de operatie te verkleinen, wordt het mesorectum niet volledig weggenomen.

Colo-anale anastomose

Bevindt de tumor zich in het middelste deel van het rectum, dan zal het rectum haast volledig verwijderd worden en zal de dikke darm met de anus worden verbonden. Dit noemt men een colo-anale anastomose. Soms maakt de chirurg een ‘nieuwe endeldarm’ door een klein deel van de dikke darm terug op zichzelf te vouwen of door een deel van de dikke darm te vergroten. Dit deel zal de taak van het rectum overnemen. Tijdens deze operatie wordt soms een stoma gemaakt, vaak een ileostoma. De stoma is tijdelijk en blijft ongeveer 8 weken terwijl de naad geneest.

Abdominoperineale resectie

Bij een kanker in het onderste deel van het rectum, kan onvoldoende van het rectum behouden worden om het naar behoren te laten werken. In dit geval worden de anus en het volledige rectum verwijderd. Dit noemt men een abdominoperineale resectie. Hierna wordt er een permanent colostome gemaakt (stoma).

Laparoscopie

U kunt een open chirurgie of een laparoscopie krijgen. Bij een open operatie wordt er een grote snede in de buik gemaakt om de tumor te verwijderen. De snede loopt vaak van de bovenkant van de navel tot aan het schaambeen.

Bij een laparoscopie maakt de chirurg een aantal kleine sneetjes in de buik. Door een van de sneetjes wordt een lange smalle buis (een laparoscoop) gedaan. Deze buis heeft een lichtje en camera zodat de chirurg de binnenkant van de buik kan zien. Via de andere sneetjes brengt de chirurg instrumenten naar binnen om de tumor te verwijderen. Een laparoscopie kan langer duren dan open chirurgie, maar over het algemeen herstellen patiënten sneller. Soms maakt men gebruik van robotsystemen bij een laparoscopie.

Operatie in het geval van herval van darmkanker

Soms, wanneer een colorectale kanker terugkeert in de buik, is het mogelijk om de tumor lokaal te verwijderen. Deze oplossing leidt meestal niet tot genezing omdat de kankercellen zich gewoonlijk al verspreid hebben, maar kan de symptomen wel wegnemen.

Operatie bij een darmobstructie

Een grote darmkanker kan de darmen volledig blokkeren (darmobstructie). In dat geval kan de gevormde stoelgang niet voorbij de blokkade. Darmobstructie veroorzaakt symptomen als een opgeblazen gevoel, braken, misselijkheid, constipatie en pijn.

Om de symptomen te verlichten, kan een arts de blokkade opheffen door een buis (stent) in te brengen. De chirurg plaatst via de anus een flexibele buis met een licht aan het einde (genaamd een endoscoop) in de darm. De chirurg gebruikt de endoscoop om te zien waar de blokkade is en duwt de stent erdoorheen. De stent zet zich uit en houdt de darm geopend zodat de stoelgang weer kan passeren. Verder kan er in bepaalde gevallen geopereerd worden om het geblokkeerde deel van de darmen te verwijderen. Een stoma kan noodzakelijk zijn.

Operatie ter verwijdering van uitzaaiingen (metastases)

Darmkanker kan zich over het hele lichaam verspreiden. Vooral de lever en de longen zijn gevoelig. De kanker verspreidt zich via de bloedbanen of het lymfestelsel (metastases) naar deze organen.

Een of twee kleine uitzaaiingen in de lever of de longen kunnen operatief verwijderd worden. Toch is dat niet altijd de beste keuze. Bij kanker in de longen wordt bijvoorbeeld vaker voor andere behandelingen gekozen. In elk geval is het mogelijk dat chemotherapie nodig is voor en na de operatie.

Er wordt rekening gehouden met de volgende zaken:

  • Algemene gezondheid
  • Hoe uitgebreid was de kanker bij de diagnose?
  • Hoe snel kwam de kanker terug?
  • Hoeveel secundaire tumoren zijn er?
  • Hoe groot zijn ze?
  • Waar bevinden ze zich?
  • Hoe dicht bevinden ze zich bij de grote bloedvaten?

Er kunnen testen als een CT-scan, PET-scan, of een MRI-scan uitgevoerd worden. Soms kan de arts aan de hand van de bloedtoevoer naar het gebied uitmaken of een operatie mogelijk is.

Secundaire kankers van de levers (metastases) verwijderen kan erg succesvol zijn. Over het algemeen is de overleving na 5 jaar 40 procent. Als de kanker terugkeert is er eventueel opnieuw nood aan behandeling. Extra risicofactoren die de overlevingskans negatief beïnvloeden zijn:

  • Kanker in de lymfeklieren dicht bij de lever
  • Uitzaaiingen naar andere organen
  • De chirurg kan niet alle secundaire levertumoren verwijderen

Chemotherapie

Uw dokter zal chemotherapie aanraden als er een grote kans is dat de darmkanker terugkeert of zich zal verspreiden. De kans op herval is groter

  • Als er kankercellen aanwezig waren in de verwijderde lymfeklieren
  • Als de kankercellen er erg afwijkend uitzien onder een microscoop
  • Als de kankercellen zich hebben verspreid in de bloedvaten van het tumorweefsel (vasculaire invasie)
  • Als de kanker door een darmwand is gegroeid of zich naar nabijgelegen weefsel heeft verspreid

In elk van de deze gevallen is het waarschijnlijk dat de kankercellen zich hebben verspreid van de buik naar andere gebieden via de bloedstroom of het lymfestelsel. De cellen zijn te klein om waargenomen te worden op scans, maar ze kunnen wel ontwikkelen tot een secundaire kanker of metastase.

Chemotherapie werkt het best op kleine groepen kankercellen in plaats van grote tumoren. Uw arts zal deze behandeling voornamelijk voorstellen ná een operatie om de kans te verkleinen dat de kanker terugkomt of zich verder verspreidt. De therapie kan beginnen zodra de patiënt is hersteld van de operatie, meestal binnen de 8 weken.

De chemotherapie gaat het lichaam rond in de bloedstroom en kan de kankercellen die zijn achtergebleven in het gebied van de tumor doden. Het kan ook kankercellen doden die zich hebben verspreid naar bijvoorbeeld de lever.

Dr. Yannick Nijs contact

Dr. Yannick Nijs
Colorectale chirurg

St-Michiel Europaziekenhuis
Linthoutstraat 150, 1040 Brussel

+32 470 588 537
+32 2 614 37 20

Contacteer onsMaak een afspraak